Hiaten in het brandstofverbruik: wanneer auto’s hun beloften niet waarmaken

9

De Australian Automobile Association (AAA) voert de druk op autofabrikanten op door aanzienlijke discrepanties aan het licht te brengen tussen de geadverteerde cijfers over het brandstofverbruik en de prestaties in de praktijk. Hun voortdurende ‘Real-World Testing Program’ stelt nieuwe modellen op de proef en legt een aantal merken bloot die niet aan hun eigen claims voldoen.

Recente tests omvatten populaire keuzes zoals de Hyundai Tucson, Kia Sportage, MG HS, Toyota Camry, maar ook gevestigde luxe namen zoals de BMW X3 en Mercedes-Benz GLC. Terwijl sommige modellen, zoals de BMW X5, zelfs hun aangegeven brandstofefficiëntie overtroffen tijdens het rijden in de echte wereld, lieten andere een zorgwekkende kloof zien tussen de geadverteerde zuinigheid en wat bestuurders kunnen verwachten.

De Toyota Camry, een steunpilaar in het segment van de middelgrote sedans, behoorde tot de grootste overtreders. De officiële claim van 4,8 liter per 100 kilometer (l/100 km) steeg tijdens AAA-tests naar 4,0 l/100 km – een verschil van 20%. Dit betekende dat de Camry ook meer CO2 uitstootte dan geadverteerd, wat niet alleen de verschillen in brandstofverbruik benadrukte, maar ook de impact op het milieu.

Nog groter was het gat in de Chery Tiggo 4 Pro, een compacte SUV. Het brandstofverbruik steeg van een geclaimde 7,3 l/100 km naar een geregistreerde 8,8 l/100 km, wat neerkomt op een duizelingwekkend verschil van 21%. Deze discrepantie ging gepaard met een eveneens grote overschatting van de CO2-uitstoot.

Deze bevindingen komen te midden van een toenemende drang naar meer transparantie in de voertuigprestaties. In 2022 heeft de Australische regering 14 miljoen dollar toegewezen aan de AAA – die verschillende staatsautoclubs vertegenwoordigt – om praktijktests uit te voeren op 200 voertuigen die eerder alleen laboratoriumtests hadden ondergaan. Dit omvat recente tests met claims over de actieradius van elektrische voertuigen (EV), een snel evoluerend gebied met zijn eigen uitdagingen voor consumenten.

Michael Bradley, algemeen directeur van de AAA, benadrukt het belang van het programma: ‘Real-world testen zijn van cruciaal belang om consumenten en wagenparkkopers te helpen geld te besparen door te identificeren welke auto’s hun beloftes waarmaken. In een tijd waarin de mondiale emissienormen strenger worden, laten deze gegevens ook zien hoe autofabrikanten op deze eisen reageren.’

De methodologie van de AAA heeft echter kritiek gekregen. Sommigen beweren dat testomstandigheden in de echte wereld, beïnvloed door factoren als verkeer en weer, te veel variabiliteit introduceren om betrouwbare vergelijkingen tussen modellen te kunnen maken. De Federal Chamber of Automotive Industries (FCAI) stelt dat laboratoriumtests onder Australian Design Rule 81/02 een consistentere basis bieden voor vergelijking tussen merken en modellen.

“Als er tegenstrijdige cijfers worden gepubliceerd, ondermijnt dat het consumentenvertrouwen”, waarschuwt FCAI-topman Tony Weber.

De Electric Vehicle Council zet ook vraagtekens bij de aanpak van de AAA ten aanzien van het testen van elektrische voertuigen, waarbij zij zich zorgen maakt over de potentiële impact ervan op de geloofwaardigheid van de industrie en het consumentenvertrouwen in elektrische voertuigen.

Ondanks deze voortdurende debatten blijven de praktijktesten van de AAA een licht werpen op de verschillen in brandstofverbruik. Deze gegevens stellen consumenten in staat beter geïnformeerde beslissingen te nemen bij de aankoop van voertuigen en benadrukken de behoefte aan grotere transparantie binnen de auto-industrie.